“In overleg hebben wij besloten dat de kinderen morgen thuis werken. Ik heb de leerlingen extra instructie gegeven en werk meegegeven voor morgen. Ook voor de vakantie hebben zij werk mee gekregen”, schrijft juf Ellen aan de ouders.
“Thuis? Thuis?”, roept moeder Sofie verschrikt. “Ik werk morgen.”
“Marco, kan jij morgen thuis blijven voor Dennis? De school heeft geen leraar”, vraagt Sofie vertwijfeld.
“Je weet toch dat ik morgen in Maastricht zit. Vraag opa en oma maar”, zegt Marco.
“Die kunnen nooit op vrijdag, dat weet je”, roept Sofie terug.
Sofie begint een beetje rood aan te lopen.
“Maar kan jij dan in de vakantie wel lesgeven aan Dennis?”
“Ik ben stukadoor, geen onderwijzer”, roept Marco.
Vertwijfeld kijkt Sofie naar de lessen die ze van de juf met Dennis moet doen in de vakantie:
“rekenen les 20 en oefenboek t/m blz 14,
spelling: blokboek ontleden blz 1 t/m 5
taal: verhaal van 1 A4 typen.
begrijpend lezen: cito oefenboek taak 3 en 4
Werkboek verwijswoorden les 1 en 2.
Nieuwsbegrip op de computer.
Oefenen voor topotoets Duitsland.”
Dan verfrommelt Sofie woedend de brief van de juf die schrijft: “Ik heb iedereen gecontroleerd of ze hun leerblad mee hadden. Dus de smoes ‘niet gekregen’ gaat deze keer niet op;). De toets is dinsdag.”