Ik was nog niet koud terug van vakantie of een journaliste van de BBC belde me.
Ze wilde een radioprogramma maken over Almere.
Of ik wat over Almere wilde vertellen.
Dat leek me leuk en ik vertelde er maar niet bij dat mijn Engels slechter is dan van Rutte.
Beroerd dus.
“Ben effe een half uurtje weg”, zei ik tegen mijn vrouw Jessica, “interviewtje met de BBC.”
“Met jouw Engels?”, proestte ze.
Bij het station van Poort stond Alice klaar met haar opname-apparatuur.
Ik vertelde honderduit over de ontwikkeling van Poort, van Almere: over fietspaden, vrije busbanen, het tekort aan sociale huurwoningen, noem maar op. We wandelden al pratend rond.
“It’s amazing”, zei Alice.
Ze vond alles van Almere ‘amazing’.
Zelfs de fietsnietjes.
En al het groen.
“This city is an example for de UK.”
Toen we in Oosterwold waren had ze er zelfs geen woorden voor.
Ogen op steeltjes.
Totdat ik vertelde dat de riolering van Oosterwold de stad een slordige 65 miljoen kost.
“It failed”, concludeerde ze.
Maar verder vond ze onze stad een wonder.
Wat was mijn les van deze uren durende rondleiding?
In Almere vinden we alles maar gewoon, omdat we het gewend zijn. We zien het bijzondere niet meer.
It’s amazing.