Als de boeren verdwijnen, dan hebben we in Nederland niet meer te vreten.
Dat zeggen de boeren.
Dus er is stront aan de knikker.
Maar in de supermarkt zie ik allerhande agrarische producten die uit het buitenland komen.
De stickers op die verpakkingen zullen wel nep en fake zijn.
Net als al het nieuws in Nederland.
De boeren en andere wappies weten hoe alles echt zit, de rest van het land liegt.
Zo begrijp ik de boerenopstand tenminste.
En toch mogen we maar wat blij zijn met deze boerenoorlog.
“Als de boeren niet meer klagen, nadert het einde der dagen”, zei mijn oude, wijze oma vaak.
Dus volgens mij zit dat einde der tijden er nog lang niet in.
De boeren klagen niet alleen volop, ze zijn in opstand, breken de tent af, steken de boel in de hens en veroorzaken met hun mestvaalten ongelukken op de snelwegen.
Moest ik eens proberen.
Meteen op water en brood.
Zo ongelijk is Nederland. De boeren mogen alles afbreken, ik word al door handhaving van mijn fiets geplukt als ik over het Stadhuisplein fiets.
Als protest daartegen hang ik de omgekeerde Nederlandse vlag op z’n kop.
Dat zal ze leren.